ID: 40474
Omschrijving
Naam kunstenaar : Ludwig Willem Reymert Wenckebach
Den Haag 1860 Santpoort (Velsen) 1937
Titel : Gezicht op de kerk te Veere
Techniek : olie op doek
Jaar : ca. 1900
Afmetingen met lijst : 68 x 102 cm
Signatuur : links onder gesigneerd
Mooi gezicht op de Grote of Onze-Lieve-Vrouwekerk in Veere. Sfeervol en losjes geschilderd door een schilder van naam en in goede staat. In fraaie stuclijst.
S.v.p. geen onzinbiedingen (deze worden verwijderd).
I.v.m. formaat en kwetsbaarheid afhalen in Bussum
Ludwig Willem Reymert Wenckebach, (\'s-Gravenhage, 12 januari 1860 Santpoort, 25 juni 1937) was een Nederlands kunstschilder, boekbandontwerper en graficus. Zijn vader was Eduard Wenckebach, een grondlegger van de Nederlandse telegrafie, zijn moeder was Maria Geertruida Elisabeth Cornelissen. Hij was een broer van de Nederlandse arts Karel Frederik Wenckebach en van de Directeur Staatsmijnen Henri Johan Eduard en oom en leermeester van de beeldhouwer en kunstschilder Oswald Wenckebach.
Hij volgde aanvankelijk een opleiding voor tuinarchitect op de Tuinbouwschool Linnaeus in Amsterdam en werd daarna leerling van schilder D.P. van Lokhorst (1848-1893) in Utrecht van 1878 tot 1879 en van de zeeschilder Jacob Eduard van Heemskerck van Beest. Later werd hij pensionnaire van koning Willem III. In 1935 werd hij benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau. Onder zijn eigen leerlingen telde hij: Rie de Balbian Verster-Bolderhey, Frans Baljon, Johan Briedé, Johan Jacobs, Marie Jorissen-Cox,Johannes Josseaud, Kees Laan, Jan Harm Oostendorp en zijn neef Oswald Wenckebach.
Wenckebach heeft vele pentekeningen gemaakt van Oud-Amsterdamse stadsgezichten, die als etsen werden gepubliceerd door het Amsterdamse dagblad De Courant/Nieuws van de Dag en daarna vele malen opnieuw uitgegeven. Aan deze krant was hij vanaf 1886 verbonden als medewerker.
Hij gaf ook les aan aan de Kunstnijverheidsschool te Haarlem, waar Oswald, de zoon van zijn broer, nog een paar jaar tekenles van hem kreeg. Veel van zijn tekeningen zijn later in boekvorm verschenen. Hij was een gevraagd boekbandontwerper, waaronder die van Een lent van Vaerzen, Eline Vere en Orchideeën van Couperus; ook heeft hij vele illustraties gemaakt bij kinderboeken en voor kalenders. Hij maakte bovendien illustraties voor het kindermaandblad Ons Thuis van Henriëtte Dietz en Katharina Leopold. Ten slotte ontwierp hij posters en ex-librissen.
Bekende en baanbrekende kinderboekillustraties zijn onder andere: \'Kijkjes in de plantenwereld\', \'Notenkraker en Muizenkoning\', \'Hoe Klein-Knoelie onder de menschen kwam\', \'Klaproosje en Korenbloempje\' en \'In de muizenwereld\'. Zo verzorgde hij veel banden en tekeningen voor de Utrechtse uitgeverij J.L.Beijers, de drukkerij Roeloffzen en Hübner (waarvan hij lange tijd de artistiek leider was) en de uitgeverij L.J. Veen.
Hij tekende en schilderde voornamelijk in de trant van de Haagse school en heeft zich een tijd lang op aanraden van Vincent van Gogh teruggetrokken in Heeze op landschapsschilderingen. Veel schilderde hij ook in de Hollandse duinen (bijvoorbeeld bij Schoorl en op Texel), en verder bij Wolfheze en in Drenthe. Hij was o.a. bevriend met Anthon van Rappard, Hendrik Petrus Berlage en Antoon Derkinderen. Het meest bekend is hij waarschijnlijk echter gebleven door zijn pentekeningen en boekbandontwerpen voor de negen albums en de aquarellen voor de inplakplaatjes van de \"Verkade-albums\", die hij op zijn tochten samen met Jac. P. Thijsse en andere schilders zoals Jan Voerman jr. maakte, bijv. voor het album Texel en voor het album Het Naardermeer. Voor dat laatste maakte hij ook het omslag.
Den Haag 1860 Santpoort (Velsen) 1937
Titel : Gezicht op de kerk te Veere
Techniek : olie op doek
Jaar : ca. 1900
Afmetingen met lijst : 68 x 102 cm
Signatuur : links onder gesigneerd
Mooi gezicht op de Grote of Onze-Lieve-Vrouwekerk in Veere. Sfeervol en losjes geschilderd door een schilder van naam en in goede staat. In fraaie stuclijst.
S.v.p. geen onzinbiedingen (deze worden verwijderd).
I.v.m. formaat en kwetsbaarheid afhalen in Bussum
Ludwig Willem Reymert Wenckebach, (\'s-Gravenhage, 12 januari 1860 Santpoort, 25 juni 1937) was een Nederlands kunstschilder, boekbandontwerper en graficus. Zijn vader was Eduard Wenckebach, een grondlegger van de Nederlandse telegrafie, zijn moeder was Maria Geertruida Elisabeth Cornelissen. Hij was een broer van de Nederlandse arts Karel Frederik Wenckebach en van de Directeur Staatsmijnen Henri Johan Eduard en oom en leermeester van de beeldhouwer en kunstschilder Oswald Wenckebach.
Hij volgde aanvankelijk een opleiding voor tuinarchitect op de Tuinbouwschool Linnaeus in Amsterdam en werd daarna leerling van schilder D.P. van Lokhorst (1848-1893) in Utrecht van 1878 tot 1879 en van de zeeschilder Jacob Eduard van Heemskerck van Beest. Later werd hij pensionnaire van koning Willem III. In 1935 werd hij benoemd tot ridder in de orde van Oranje-Nassau. Onder zijn eigen leerlingen telde hij: Rie de Balbian Verster-Bolderhey, Frans Baljon, Johan Briedé, Johan Jacobs, Marie Jorissen-Cox,Johannes Josseaud, Kees Laan, Jan Harm Oostendorp en zijn neef Oswald Wenckebach.
Wenckebach heeft vele pentekeningen gemaakt van Oud-Amsterdamse stadsgezichten, die als etsen werden gepubliceerd door het Amsterdamse dagblad De Courant/Nieuws van de Dag en daarna vele malen opnieuw uitgegeven. Aan deze krant was hij vanaf 1886 verbonden als medewerker.
Hij gaf ook les aan aan de Kunstnijverheidsschool te Haarlem, waar Oswald, de zoon van zijn broer, nog een paar jaar tekenles van hem kreeg. Veel van zijn tekeningen zijn later in boekvorm verschenen. Hij was een gevraagd boekbandontwerper, waaronder die van Een lent van Vaerzen, Eline Vere en Orchideeën van Couperus; ook heeft hij vele illustraties gemaakt bij kinderboeken en voor kalenders. Hij maakte bovendien illustraties voor het kindermaandblad Ons Thuis van Henriëtte Dietz en Katharina Leopold. Ten slotte ontwierp hij posters en ex-librissen.
Bekende en baanbrekende kinderboekillustraties zijn onder andere: \'Kijkjes in de plantenwereld\', \'Notenkraker en Muizenkoning\', \'Hoe Klein-Knoelie onder de menschen kwam\', \'Klaproosje en Korenbloempje\' en \'In de muizenwereld\'. Zo verzorgde hij veel banden en tekeningen voor de Utrechtse uitgeverij J.L.Beijers, de drukkerij Roeloffzen en Hübner (waarvan hij lange tijd de artistiek leider was) en de uitgeverij L.J. Veen.
Hij tekende en schilderde voornamelijk in de trant van de Haagse school en heeft zich een tijd lang op aanraden van Vincent van Gogh teruggetrokken in Heeze op landschapsschilderingen. Veel schilderde hij ook in de Hollandse duinen (bijvoorbeeld bij Schoorl en op Texel), en verder bij Wolfheze en in Drenthe. Hij was o.a. bevriend met Anthon van Rappard, Hendrik Petrus Berlage en Antoon Derkinderen. Het meest bekend is hij waarschijnlijk echter gebleven door zijn pentekeningen en boekbandontwerpen voor de negen albums en de aquarellen voor de inplakplaatjes van de \"Verkade-albums\", die hij op zijn tochten samen met Jac. P. Thijsse en andere schilders zoals Jan Voerman jr. maakte, bijv. voor het album Texel en voor het album Het Naardermeer. Voor dat laatste maakte hij ook het omslag.